Ouder worden

Tijd reizen zou lekker zijn. Terug de tijd in naar je jongere zelf of misschien wel de toekomst in naar de oudere zelf. Het einde van de blogreeks in de bloganuary challenge nadert. Vandaag nummer 21 met als onderwerp tijdreizen.


If you could, what year would you time travel to and why?

Ik zou terug gaan naar het jaar 2012, het jaar waarin ik onderstaande blog schreef en tegen mezelf zeggen dat ik me niet zo moet aanstellen.

Ieder jaar, week, dag, uur, minuut, seconde gebeurt het… we worden ouder. Ouder worden heeft nogal wat neveneffecten. Sommige zijn prettig, andere totaal niet. Zelf ben ik uit bouwjaar 1985 wat overigens een erg goed jaar is al zeg ik het zelf. Mijn leeftijdgenoten zullen dat beamen. Vandaag de dag ben ik 27 jaartjes oud, of jong, net hoe je het bekijkt.

Ondanks dat sommige lezers mij nog een absoluut broekie zullen vinden (voornamelijk de oudere lezers) merk ik dat het proces ouder worden al vol in gang is.

Het makkelijkste voorbeeld is wel het stappen. Waar ik vroeger gerust 2, 3 of 4 avondjes stappen in een week pakte en de volgende ochtend zo fris als een hoentje (uitzonderingen daar gelaten) de volgende dag weer stond te knallen op mijn werk is dat nu toch echt wel verleden tijd.

Tegenwoordig is een avondje per week of per twee weken wel voldoende. Sterker nog ik ben compleet uit mijn element als ik meer dan 2 avondjes in de kroeg te vinden ben in een week. Daar moet ik een week van bijkomen.

Het gekke is ook dat in de kroegen waar je altijd heen gaat het publiek steeds jonger wordt. Snap niet dat ze die mensen binnen laten. Ik kan me nog herinneren dat ik op een vrijdagavond in het centrum van Breda was. Ik kwam een vriendin van me tegen, om het makkelijk te houden noemen we haar even Inge, en ze vroeg of ik meeging een drankje doen. Gezellig dacht ik. We staan in de rij bij de betreffende kroeg. Er staat een uitsmijter voor de deur van ik schat een jaar of 22. Op het moment dat ik voor hem sta vraagt hij mij om mijn legitimatie.

“Maakt u een grapje?” vroeg ik lacherig.

“Nee hoor” en ik zag dat hij serieus was. Ik pak het welbekende roze papiertje en laat het aan hem zien. Hij kijkt naar de foto en vervolgens kijkt hij mij aan en opnieuw naar de foto. En vanaf toen ging alles in slowmotion…

H i j z e i : ” S o r r y   m e n e e r , m a a r   i k   k a n   u   e i g e n l i j k   n i e t   b i n n e n   l a t e n. U   b e n t …”

Ik zag zijn lippen langzaam op en neer bewegen. Zijn ogen knipperde heel langzaam alles om me heen leek te vervagen en ik kon alleen naar zijn mond kijken in afwachting van wat er ging komen. In mijn onderbewuste wist ik welke woorden gingen komen, maar toch kon ik het me niet voorstellen. Ik leek het te verdringen, maar het vonnis kwam dan toch…

” … t e   o u d …”

Slowmotion ging vloeiend over in fastfoward en ik zag mezelf in een flits achter de geraniums zitten in het bejaarden tehuis.

Die man moet een grapje maken. Opnieuw vraag ik of dat inderdaad het geval is, maar hij is erg serieus. “Dus ik moet mijn broekzak vol met geld ergens anders gaan op maken?”. Ineens krabbelt hij terug en hij zal voor deze keer een uitzondering maken, maar ik pas: “Als het zo moet…”.

Waar ik ook erg aan moet wennen is dat mensen ineens overal meneer en u tegen me zeggen. Jong en oud. Niet nodig mensen, noem me gewoon bij mijn naam als je die weet. Anders zeg je maar gewoon “Jongeman” of “Eeeeej jij daar!”. Zolang ik niet met een rollator loop hoef je me geen meneer te noemen.

Wat overigens heel idioot is aan ouder worden is dat het bij sommige mensen duidelijker is dan bij anderen. Als voorbeeld mijn moeder. Die is nu 51, ik weet dat ik een vrij jonge moeder heb, maar als mensen haar als mijn vriendin gaan aanzien als ik met haar op straat loop gaat het mij toch echt iets te ver. Dan hoop ik maar dat zij er jong uit ziet en ik niet oud, en hopelijk heb ik haar genen. Mijn broer heeft daar overigens ook last van. Die ging vorige jaar voor een auto kijken en kon de deskundigheid van mijn moeder goed gebruiken (je wilt tenslotte toch weten welke kleur nu hip is!). Een enthousiaste verkoper kwam naar hun toe om te helpen. Na wat auto’s bekeken te hebben dacht hij de geschikte auto aan te kunnen bieden. Een Volkswagen Golf. Op zich leuk model en vlot, maar dit was een station. Het argument dat hij had waarom deze auto geschikt was, ben je er klaar voor? “Ruimte genoeg voor jullie kinderen!”. Mijn moeder begint te stralen en mijn broer zegt enigszins geïrriteerd: “Dit is mijn moeder”. De verkoper geeft mijn moeder enigszins beschaamd een compliment. Geen autoverkoop vandaag op zijn lijstje.

Wat me de laatste tijd ook opvalt is dat ook mijn zithouding verandert. Dat zag ik vroeger bij mijn vader en mijn ooms altijd al, maar ik denk dat dat ook met ouderdom te maken heeft. Vroeger zat ik gewoon ongeïnteresseerd uitgezakt (ook al was ik wel degelijk geïnteresseerd) wijdbeens op een stoel. Later leg je af en toe je enkel op de knie van je andere been. Maar nu zit ik steeds vaker met mijn benen over elkaar, wat gek genoeg nog comfortabel zit ook nog, ondanks die piemel die er dan een beetje tussen gefrommeld zit. Met name als ik op mijn werk een zakelijk telefonisch gesprek voer neem ik die houding aan. Geen idee waarom…ouderdom?

Mijn grijze haren zijn tegenwoordig ook niet meer op één hand te tellen. Dat zit ook overduidelijk in de familie. Aan mijn moeders kant hebben de ouderen een flinke bos wit haar. Op zich wel charmant, maar niet op je 27e als je het mij vraagt. Het grijs worden begon bij mij bij mijn slapen wat (schijnbaar) een “sophisticated” uitstraling opwekt. Prima, maar nu krijg ik ook op de rest van mijn hoofd van die verdwaalde grijze haren ertussen, maar die vallen ook behoorlijk op gezien mijn behoorlijk donkere haarkleur! Her en der hoor ik dat het wel sexy is, voornamelijk van vrienden en vriendinnen die het beste met me voor hebben: “Denk aan een George Clooney of een Richard Gere. Dat zijn oudere sexy mannen”. Die zijn dan ook al ver boven de 40, maar het is goed bedoelt denk ik dan.

Eén ding wat ik me erger lijkt dan grijs worden is kaal worden. Ook dat zit helaas in de familie, maar geen haar op mijn hoofd die er aan denkt mij te verlaten, althans dat hoop ik dan maar…